Dagelijks leven
Enkele vragen die u zichzelf hierbij kunt stellen:
- Hoe verloopt mijn dag? ’s Ochtends, ’s middags, ’s avonds?
- Hoe deel ik mijn week in? Kan ik daar wel eens van afwijken?
Wonen
- Wat kan ik zelf doen in mijn huishouden? Heb ik hulp nodig? Waarbij? Wie helpt mij daarbij?
- Is mijn huis in orde? Is het er veilig?
- Heb ik aanpassingen in mijn huis nodig? (Idee: ik loop eens – in gedachten – door mijn huis).
- Is mijn buurt veilig?
Lichaam
- Heb ik lichamelijke klachten?
- Zorg ik goed voor mijn lichaam? (Wassen, douchen)
- Let ik op wat ik eet en drink?
- Hoe beweeg ik me? Val ik wel eens? Hoe zorg ik ervoor dat ik voldoende beweeg? Kom ik voldoende het huis uit?
Medicijnen
- Weet ik hoe ik mijn medicijnen moet gebruiken?
- Volg ik het voorschrift van de arts?
Communicatie
- Zie en hoor ik nog goed?
- Kan ik mijzelf goed uitdrukken zodat iedereen begrijpt wat ik bedoel?